Selecteer een pagina

Door kaalslag en gebrekkige irrigatie veranderde een groot stuk van midden Amerika in een uitgedroogde zandvlakte waar landbouw en veeteelt onmogelijk werden; de Dust Bowl.

De gruwelen hiervan werden in 1939 beschreven door John Steinbeck die hiervoor de Nobelprijs ontving. Zijn beschrijvingen waren snoeihard, niets ontziend en beklemtoonde het grenzeloze leed van de reddeloze boeren.

Zo moeten de hoofdpersonen, een groot gezin, op zoek naar een toekomst langs een controle post. De grootvader is zojuist overleden en wordt opgetuigd en onder een dekentje gezet; alle vergunningen staan immers op zijn naam… Ze komen erdoor. 

Op hun latere boerderij is het hopeloos hard werken en de moeder gaat even op de bank liggen. Ze hoort iets in de slaapkamer en vindt daar een van de varkens die haar baby levend verslindt… de moeder zal nooit meer herstellen. 

Uiteindelijk laden ze al hun bezittingen op hun oude vrachtwagen en vertrekken. Echter komen ze vast te zitten met een verzandde motor in een storm. De sterke schoonzoon vertrekt op hoop van zegen te voet op zoek naar hulp. Na drie dagen is de storm nog niet gaan liggen en zijn water en voedsel op… Einde verhaal.

Aimée de Jongh beschrijft in Dagen van Zand hetzelfde maar dan uit een totaal andere invalshoek. Een jonge fotograaf reist door de Dust Bowl om in opdracht een fotoreportage te maken. Hij ervaart nu in de contacten met de bevolking hoe het is om hier te leven en wat het met je doet. Zo verandert hijzelf stukje bij beetje door alles wat hij ziet en noodzakelijk moet fotograferen. 

Waar Steinbeck de grillen van de natuur beschrijft van buitenuit zo beschrijft Aimée de emoties van de mensen vanbinnen uit. Een aangrijpend boek met schitterend en beklemmend tekenwerk. Wat mij betreft mag Aimée óók prijzen krijgen voor dit album!